De beroemde Causeway Coastal Route brengt je langs alle hoogtepunten aan die kustlijn. De start is in hoofdstad Belfast en het einde in het grauwe Londonderry, 243 kilometer verderop en pal aan de grens met de Ierse Republiek. Verwacht vriendelijke mensen, stijle kliffen, een onverstaanbaar dialect, ultra smalle wegen, uitgestrekte velden, leegte en wind. Veel wind. 

 

Bitterzoet Belfast 

Je kunt de route natuurlijk ook andersom rijden: vanuit Londonderry naar Belfast. Wat je ook doet: zorg voor voldoende tijd in Belfast. De stad is oerlelijk en prachtig tegelijkertijd, heeft een geschiedenis die je onmogelijk in een dag kunt leren kennen (zie kader) en barst uit z’n voegen van de uitgaansmogelijkheden. Zo struikel je over de pubs met namen als Crown Liquor Saloon, Duke of York Bar, Morning Star en The Dirty Onion.

Geen kroegtijger? In Belfast vind je ook voldoende kwalitatieve restaurants en cocktailbars. Rooftopbar Observatory, de ‘hoogste bar van Ierland’, is binnen die categorie een aanrader. De bar én de cocktails zijn indrukwekkend, maar winnen het niet van het uitzicht over de stad. Kijk recht op de in renaissance opgetogen Belfast City Hall en spot in de verte de haven waar ook de Titanic ter water werd gelaten. Zoek je een plek om te overnachten in Belfast? De 22 verdiepingen onder Observatory vormen het luxe en stijlvolle Grand Central Hotel. 

De paden op de lanen in

Vanuit Belfast rijden we binnen een mum van tijd, op de linkerbaan, richting de kust, waar we direct worden verblijd met alles wat je van Noord-Ierland verwacht. Piepkleine vissersdorpen, veel groen, kliffen, een kalme zee en, als je heel goed kijkt, de kust van Schotland n de verte. Het eerste deel van de route is mooi, maar het wordt pas echt indrukwekkend als we naar de Carrick-a-Rede Rope Bridge rijden.

De witte kliffen en rotseilanden die je ziet wanneer je googelt op Noord-Ierland, vind je hier in het echt. Alsof je door een real life screensaver wandelt. En dan de touwbrug: lang is ‘ie niet, spannend wel. De brug hangt op dertig meter hoogte tussen een klif en een stuk rots (Carrick-a-Rede) dat uit de zee steekt. In 1755 werd ‘ie in gebruik genomen door vissers die vanaf de rots zalm vingen, maar vandaag de dag is het een toeristische attractie. Het kraakt, wiebelt en op de brug sta je in een windtunnel wat de korte oversteek extra fragiel laat aanvoelen. Tip: ga vroeg en ontloop drukte. 

Autoroute Noord-Ierland

Causeway Coastal Route: Kruip-door-sluip-door

Nadat we de hangbrug hebben overleefd, hervatten we de Causeway Coastal Route totdat we aankomen bij de Torr Head Road: een stuk weg dat afwijkt van de route en ons over de kliffen naar het mooiste uitkijkpunt van deze reis brengt. Aan het begin van de Torr Head Road wordt duidelijk gewaarschuwd dat campers niet welkom zijn en zodra we een paar minuten onderweg zijn, begrijpen we waarom. De weg is zo ontzettend smal dat zelfs wij er met onze KIA net aan op passen.

De weg gaat recht door een felgroene landschap heen en is nooit verder dan een meter of honderd verwijderd van de kliffen, waardoor het ene na het andere prachtige plaatje van de zee wordt voorgeschoteld. Onderweg komen we twee tegenliggers tegen, die we met wat passen en meten weten te passeren. Het voelt alsof we richting het einde van de wereld rijden, precies het gevoel dat je hoopt te krijgen wanneer je landen als Noord-Ierland, Schotland of Noorwegen bezoekt.

 

De Torr Head Road is absoluut de moeite waard, net als het eindpunt: de ruïnes van Torr Head bovenop een vulkanische rotsformatie. Vanaf de parkeerplaats sta je binnen een paar minuten op de top en word je voorzien van een uitzicht op de rauwe kliffen waar de golven al tegenaan sloegen toen de mensheid nog niet eens bestond. Die lange geschiedenis voel en proef je aan alles. Net als de wind overigens, die op dit punt vrijwel altijd aanwezig schijnt te zijn. Leuk detail: op een heldere dag kun je het Schotse schiereiland Kintyre in de verte zien liggen. Op dit punt zit er het minste afstand (negentien kilometer) tussen de twee landen. 

Vanaf Torr Head rijden we binnen een half uurtje naar Ballycastle, waar we verblijven in het pittoreske hotel The Salthouse. Maar eerst nog een snelle stop bij Fair Head: met 196 meter de hoogste kliff van Noord-Ierland. Om er te komen moeten we opnieuw een stuk niemandsland in en via een kruip-door-sluip-door weg naar de parkeerplaats van een boer rijden. De benenwagen brengt ons naar de rand, waar we opnieuw omver worden geblazen door het uitzicht (en de harde wind). Tijd voor een Guinness in The Salthouse. 

Game of Thrones-invasie 

Het laatste deel van de Causeway Coastal Route bestaat uit een aaneenschakeling van toeristische attracties. Allemaal het bezoeken waard, maar stuk voor stuk ook een deel van de magie verloren doordat er grote hekken omheen staan en busladingen toeristen worden afgezet. Die busladingen vol toeristen komen vooral doordat veel locaties gebruikt zijn in de hyperpopulaire HBO-serie Game of Thrones.

Zo geldt ook voor The Dark Hedges: een landweg die aan beide kanten is afgezet door kronkelende bomen die haast hallucinerend effect oproepen. Althans, zo lijkt het in de serie. In het echt valt het toch een beetje tegen: de weg staat ramvol met fans van de serie en het bijzondere effect die de beukenbomen creëren valt alleen op wanneer je op de juiste plek staat en met het juiste lichtinval een foto maakt.

Ook Giant’s Causeway, een rotsformatie die uit 40.000 basaltzuilen bestaat en sinds 1986 op de UNESCO Wereldefgoedlijst pronkt, loopt over van de toeristen. Toch is het een bezoek waard. De enorme verzameling zuilen zijn namelijk zo recht gevormd en netjes tegen elkaar aan geplaatst, dat het eerder op het werk van mensen lijkt dan op het resultaat van een vulkaan uitbarsting die zestig miljoen jaar geleden heeft plaatsgevonden. Next stop: Dunluce Castle, tien minuutjes rijden verderop. Ook dit kasteel kun je terugzien in Game of Thrones en ook nu staat er een groot hek omheen en wachten de tourbussen voor de deur. 

Ons advies: laat de Game of Thrones-locaties voor wat het is (tenzij je écht fan bent) en ga zo veel als je kunt van de gebaande paden af. Als je dat doet, zul je het Noord-Ierland ontdekken zoals je het verwacht: groen, rauw en verlaten. Meer info over Noord-Ierland, vind je hier

De geschiedenis van Noord-Ierland: hoe zat het ook alweer?

Noord-Ierland en de Ierse Republiek: hoe zit het nou precies? De geschiedenis van Ierland is zó heftig dat alle JFK’s die we tot nu toe hebben gedrukt niet voldoende ruimte zouden bieden om het te beschrijven. Daarom houden we het kort: Noord-Ierland is voor het overgrote deel zelfbesturend, maar in internationale betrekkingen bepaalt het Verenigd Koninkrijk.

Waar de protestanten de Britse invloedssfeer omarmen, zijn de katholieken historisch gezien meer gefocust op Ierland. Sinds de oprichting van Noord-Ierland in 1919 zorgde die tweedeling al voor de nodige conflicten, maar de problemen namen pas écht toe toen de katholieken (de minderheid)  eind jaren zestig gelijke rechten opeisten en de protestanten (de meerderheid) daar vrij heftig op reageerde. Die reactie werd weer de kop in gedrukt door de Britten, die bang waren dat de protesten alleen maar meer olie op het vuur gooide.

Het werd een bloederige periode met de kenmerkende titel: The Troubles. De spanningen uit die tijd voel en zie je vandaag de dag nog steeds terug in Belfast en de rest van Noord-Ierland. 

Advertentie

Reacties

Meer
Advertentie