Op zijn elfde bezocht Simeon Tienpont met zijn ouders voor het eerst de voorloper van de Volvo Ocean Race. Hij was direct verkocht. Inmiddels heeft hij met deze prestigieuze race al twee keer de wereld rond gezeild en staat hij op het punt dit met team AkzoNobel voor een derde keer te doen. Iets wat voor hem keer op keer als een avontuur aanvoelt. “Want je krijgt geen hulp van buitenaf. Of je nou als zesjarige op de Vinkeveense Plassen vaart of op je 35ste midden op de oceaan.”
Tekst: Victor van den Bergh
Hoe ben je ooit bij de Volvo Ocean Race terecht gekomen?
Die race maakte zoveel indruk op mij. Het was voor mij een droom. In 2005 zeilde ik als semiprof veel tijdens mijn studententijd. Op een gegeven moment kwam er een project van ABN AMRO om met twee boten mee te doen aan de Volvo Ocean Race. Een voor de overwinning, de ander om talenten onder de dertig jaar een kans te geven. Uit een groep van 2000 man over de hele wereld belandde ik als 22-jarige bij de laatste twaalf! Zo ben ik mee gaan doen.
Je zat in 2006 op de boot met Hans Horrevoets namens ABN AMRO, die overboord sloeg en overleed. Dat moet een grote impact hebben gehad.
Het is een extreme vorm van racen en sport. Zelfs bij de Formule 1 kunnen er ongelukken gebeuren. Die zijn heel onverwacht, maar daar leer je ook van. Je hebt het meest droevige gezien, maar tegelijkertijd is het een realitycheck. In een tijdsbestek van 48 uur sloeg Hans Horrevoets overboord, maar zonk er ook er boot van Movistar. Daarbij waren we in staat om tien mensen te redden. Zo dicht kunnen leven en dood dus bij elkaar liggen.
Heeft het zien sterven van mensen van dichtbij je getekend?
Nee. Natuurlijk neem je die dingen mee, maar je moet er ook nuchter in blijven en het kunnen relativeren. Als ik nu van Amsterdam naar Den Haag rijd, is de kans dat er iets met mij gebeurt veel groter dan wanneer ik rond de wereld vaar.
Je hebt twee keer eerder meegedaan aan de Volvo Ocean Race, is het iets wat went?
Het went nooit. Dat is het mooie van de zeilsport. Het maakt niet uit of je elke dag op het water bent, de wind is altijd anders. De golven, de vlagen, het is nooit hetzelfde. Ik heb dit vak gekozen in de grootste achtertuin waar nooit iemand komt. Geweld op zee is mooi om doorheen te crossen, je went nooit aan die omstandigheden. Alles is altijd anders.
Waarin verschilt het van een zeilwedstrijd als de Americas Cup?
In Amerika is het net de Formule 1. Het zijn korte havenraces op vlak water met hypermoderne boten. De Volvo Ocean Race is heel anders. Daar moet je non-stop negen maanden lang knallen.
Wat zijn de zwaarste momenten tijdens deze race?
Wanneer je door een tactische beslissing op achterstand staat. Dan heb je bijvoorbeeld het weer verkeerd geïnterpreteerd. Of als je in de vroege ochtend al op honderd procent moet varen. Dan moet je je vol concentreren en dat kan erg frustrerend zijn. Maar dat is ook iets waar je mee moet leren omgaan. Je hebt vaker tegenslagen dan dat het meezit. Dat is voor mij net een verslaving. Je kunt het namelijk ook omdraaien. Het gaat erom hoe je ervan kunt leren, hoe je er anders mee om moet gaan. Het team dat wint is ook het team dat het beste tegenslagen kan pareren.
“Ik heb dit vak gekozen in de grootste achtertuin waar nooit iemand komt.”
Voor team AkzoNobel is er een speciaal Nederlands team. Dat is wel prettig, neem ik aan.
Het team is Nederlands, maar de bemanning is erg internationaal. We hebben jongens uit Brazilië, Nieuw-Zeeland, Denemarken, Nederland, Spanje, Engeland en Australië. Het is een complete groep met ervaren mensen en specialisten. Jongens die snel kunnen sturen en pieken, die een medische specialisatie hebben. Voor AkzoNobel is het ook kenmerkend, zon grote organisatie die zon diverse groep heeft. Dat geeft toch een bepaalde dynamiek.
Zoveel culturen zullen dan ook vaak clashen, of niet?
Er ontstaat vaak wel enige discussie. De communicatie is soms een uitdaging. Iedereen heeft zijn eigen unieke manier van interpreteren. Dat is ook bijzonder. Als het respect hoog is, vul je elkaar goed aan.
Maar als je de hele dag op elkaars lip zit, houdt je dat niet eeuwig vol.
Het is Big Brother, maar dan veel verder, want je hebt elkaars leven in je handen. Het vertrouwen moet gigantisch hoog zijn. Iedereen heeft hetzelfde doel, wat het makkelijker maakt. Natuurlijk kun je soms mensen door de mangel halen, maar dat moet je kunnen relativeren. Je zult elkaar moeten ondersteunen.
Het is ook wel een slagje mensen. Vergelijk het maar met het leger: je kiest elkaar niet uit, maar de klus moet wel geklaard worden. Je kunt je niet verbergen, kent elkaars karakter. Alleen zo kun je het beste uit je collegas halen.
Loop je op zon boot weleens tegen problemen aan?
Die komen bijna nooit voor. De organisatie bereidt alles tot in de puntjes voor om je zo goed mogelijk op zee te sturen. Het eten is gecalculeerd tot de laatste calorie. Maar er kunnen ook dingen gebeuren die je niet in de hand hebt. Je kunt bijvoorbeeld zo tegen een container varen. Dat maakt het team aan de kant zo ontzettend belangrijk.
Wat voor dingen zijn er dan gebeurd die je niet in de hand had?
De motor is er er weleens mee opgehouden. Waren we twee dagen aan het drijven. In 2005-2006 viel de elektriciteit opeens weg. Daarmee was de communicatie veelal weg, en weet je bijvoorbeeld niet meer welke snelheid je hebt. Dat zijn ook weer dingen die je moet oplossen.
En wat is het meest bizarre wat je ooit hebt meegemaakt?
Er zijn heel veel bizarre momenten. Ik heb ooit midden in de nacht op vijfduizend kilometer van land in een hoosbui een zeil moeten wisselen. Met 60 kilometer per uur heb je dan de golven die denderen in een donkere nacht waarbij je alleen de sterren als licht hebt, golven onweer. Je bent dan net wakker, dus je kijkt nog wat versuft om je heen van waar ben ik?. Dat zijn dingen die je altijd bijblijven. Maar ook de walvissen die met je mee zwemmen en het feit dat je soms 72 dagen lang voor elke meter moet vechten en na 7500 kilometer op slechts 20 minuten van elkaar finisht. Als je daarbij stilstaat is het heel bijzonder.
Reacties