Er is een groep mensen die beweert dat het doen van een triatlon leuk is. En die groep groeit, ieder jaar. JFK heeft zich hoogstpersoonlijk door een triatlon heen geslagen en zocht uit of zo’n überwedstrijd nou écht leuk is. Ja, dat is het. Daarom verkondigen we hier het triatlon-evangelie met de tien geboden voor iedereen die wil beginnen met een triatlon.
1) Kies je afstand
Sta je aan de voet van je eerste triatlon? Wees welkom in de wondere wereld van atleten die zichzelf urenlang genadeloos afpeigeren. Een triatlon komt in meerdere smaken. De Ironman vormt met 3,86 kilometer zwemmen, 180,2 kilometer fietsen en 42,195 kilometer hardlopen met recht de overtreffende trap. Te veel voor een eerste keer. Wij raden je een sprint of 1/8 triatlon aan: 750 meter zwemmen, 20 kilometer fietsen en 5 kilometer hardlopen.
2) Selecteer een wedstrijd
Triatlon is booming. In 2012 schreven zich nog geen 20.000 mensen in voor een triatlon, in 2016 werd de 30.000 aangetikt. Martijn Keijsers, woordvoerder van de Nederlandse Triathlon Bond: ‘Iedereen kent mensen die de marathon van New York twee keer hebben gelopen, met die verhalen kun je niet meer aankomen bij je vrienden. Met een triatlon kun je jezelf op een ander niveau uitdagen.’ En dat kan werkelijk overal in het land. Check de Nederlandse Triathlon Bond voor een overzicht.
3) Begin op tijd
Iedereen in Nederland kan wel twintig kilometer trappen. Maar kun je dat ook nadat je twintig minuten door het open water hebt geploeterd? Zorg ervoor dat je alle afstanden afzonderlijk ruim kunt coveren, zodat je altijd nog power over hebt. Komt je triatlon dichterbij? Ga dan de sporten met elkaar combineren. Bijvoorbeeld iedere zaterdag beginnen met fietsen en daarna nog even een stuk hardlopen. Ja, echt.
4) Leer goed zwemmen
Een goede, efficiënte zwemtechniek kan het verschil maken. Zwemcoach Marjon Huibers van Swimfantastic leerde ons in zes weken de basics van Total Immersion. Een borstcrawltechniek waardoor je door het water schiet, zonder dat je onnodig energie verspilt. Bijvoorbeeld door de rotatie van je heup te gebruiken als propeller en door zo min mogelijk spieren aan te spannen, waardoor je gaat drijven. Mark our words: met die techniek kun je na veertig baantjes nog steeds de wereld aan.
5) Leg extra aandacht op je core
Blessures liggen op de loer, zeker als je je ongetraind op je nieuwe doel stort. Het loont om extra te focussen op je core, ofwel je diepe buik- en rugspieren. Met een goed getrainde core verminder je kans op een lopersknie en bovendien gebruik je precies die spieren voor de rotatie van je heup met zwemmen. Voor het trainen van je core heb je meestal al genoeg aan een yogamatje en een beetje ruimte.
6) Maak een checklist voor je gear
Het laatste dat je wil is er tijdens je race achter komen dat je iets belangrijks bent vergeten. Maak daarom een checklist. Wat je in ieder geval nodig hebt? Een zwembril, badmuts, tri-suit (om in te zwemmen, fietsen én lopen), fiets, fietsschoenen, helm, fietsbril, hardloopschoenen en bidons. Ga je vroeg in het seizoen of laat in het jaar, dan is het verstandig om een wetsuit aan te trekken. Scheelt je een hoop blauwbekken. Die hoef je trouwens niet te kopen, maar kun je ook huren.
7) Investeer in een goede fiets
Er zijn jongens die hun triatlon doen op een OV-fiets, maar geloof ons; het is een beter plan om je geld te zetten op een goede racefiets. Martin Sneeuw van het gerenommeerde fietsenmerk Trek legt uit dat je geen dure gestroomlijnde tijdritfiets nodig hebt om een sprinttriatlon te doen. Je moet vooral letten op het gewicht van je fiets. Wij deden het op een Trek Émonda ALR5 van aluminium. Superlicht, voorzien van goede remmerij en schakelmechanismen en ook nog eens heel erg mooi. Afzien of niet, het oog wil ook wat, toch?
8) Bezint eer ge begint
Misschien overbodig om te zeggen, maar check je materiaal voor je aan je wedstrijd begint. Zorg dat de banden van je fiets op spanning zijn (7 à 8 bar), kijk of je alles bij je hebt en zorg dat je weet waar je fiets staat. Een reservebandje en pomp zijn ook geen overbodige luxe. Wij leerden dit the hard way: op de helft bleek onze achterband lek en kwamen we tot de ontdekking dat we wel een nieuwe band bij ons hadden, maar geen pomp. Ons restte niets anders dan 10 kilometer stukgaan op plat rubber. Niet fijn.
9) Onthoud deze slimme trucjes tijdens je wissel
De wissel van fietsen naar lopen is een heftige. Zwemcoach Marjon, zelf volleerd triatleet, heeft twee gouden tips: schakel tijdens de laatste meters van het fietsonderdeel flink wat versnellingen terug en trap een paar keer heel snel rond. Zo maak je je benen even wakker en zijn ze beducht op een tempowisseling. Daarnaast is het slim om even rustig op de grond te gaan zitten als je wisselt van schoenen, in plaats van verkrampt voorovergebogen hannesen na een flinke inspanning.
10) Loop niet te hard van stapel
Als je in het water ligt en het startschot klinkt, dan wil je maar één ding: vlammen. Je wilt je niet laten kennen, niet worden ingehaald en vooral laten zien uit wat voor hout je gesneden bent. Overmoedig worden ligt op de loer en dat kan je later duur komen te staan. Je moet het doen met de energie die je hebt, dus leuk dat je harder zou kunnen dan je gaat, maar spring zuinig om met je energie. Altijd handig als je tóch nog even door moet op een lekke band. Jep, dit is een note to self.
Reacties