Warm hè? Als de voortekenen niet bedriegen, stevenen we op een kleine hittegolf af. Helemaal goed, daar is het tenslotte zomer voor. Alleen: wat eet je dan? Voor zware kost is het te warm, dus: iets lichts. En iets makkelijks, want hoe korter je bij een gloeiend fornuis staat, hoe beter. Probeer deze Italiaanse klassieker eens! Superzomers, superlekker – en je moet wel een ontzettende kluns zijn om dit te verpesten…

Spaghetti alle Vongole, dus. Even over die vongole: dat zijn, in goed Nederlands, venusmosselen. Gezellige, mooie kleine schelpjes die onbehoorlijk lekker zijn. Je spreekt het als vóngole, met de klemtoon op de eerste ‘o’. Nee, het rijmt dus niet op ‘mongolen’. Je vindt ze niet bij de Appie of de Jumbo, je zult ervoor naar de visboer of de markt moeten. Zo kom je nog eens ergens. Daarbij zijn ze ook nog eens niet echt goedkoop; een kilo kan zomaar 20 euro kosten. Maar ze zijn het waard, en mede daardoor zijn ze dus wel heel exclusief, en zul je een verpletterende gastronomische indruk achterlaten. Daar is nog nooit iemand slechter van geworden.

Wat heb je nodig voor Spaghetti alle Vongole?

(Voor 2 personen)

  • 500 gram vongole
  • 200 gram spaghetti
  • 2 tenen knoflook, fijngehakt
  • Halve Spaanse peper (optioneel), in ringetjes, zaadjes verwijderd
  • Half bosje bladpeterselie, fijngehakt
  • 1 citroen
  • 1 glas droge witte wijn

1.

Zet een pan met ruim water op het vuur, voor de pasta.

Was de vongole onder koud water. Staat er eentje open? Tik even op de schelp en kijk of ie weer sluit. Zo niet: weg ermee. Zet alvast een andere pan (zo een waar een deksel op past) klaar.

2.

Als het pastawater kookt, mik je er wat zout en de spaghetti in. Zet een timer (zit in je smartphone) op de tijd die op de verpakking staat – zal een minuut of 8 zijn. Zet het vuur onder de andere pan aan en doe daar een flinke scheut olijfolie in. Wacht tot die warm is, en doe er dan de vongole, knoflook, een reepje citroenschil en de Spaanse peper bij. Hou het vuur hoog en roer af en toe.

3.

Doe na 3 tot 5 minuten, als de meeste schelpen open zijn gegaan, de witte wijn erbij, doe een deksel op de pan en zet het vuur laag. Schud de boel even om.

4.

Als het goed is, is de pasta nu zo’n beetje klaar. Bewaar een klein beetje van het kookwater (een borrelglaasje) en kieper de pasta eerst door een vergiet en daarna meteen in de pan met vongole. Gooi daar ook dat beetje pastawater en de peterselie bij, roer nog eens goed door en schep op grote borden. Vergeet vooral niet het geheel uitbundig te voorzien van het kookvocht – daar zit ook nog wel eens een mosseltje in dat uit zijn schelp is ontsnapt. Het stukje citroenschil mag trouwens weg. Zout zul je waarschijnlijk niet nodig hebben (de vongole zijn vaak zout genoeg), wat versgemalen peper is altijd lekker. Een schijfje of partje citroen erbij is kleurrijk en een paar druppels over de pasta maakt het helemaal af.

Eet smakelijk!

Een paar kleine woorden ter afsluiting. Dit is het klassieke recept, maar voor een iets gevuldere versie kun je ook een paar gehalveerde kerstomaatjes en een klein blikje tomatenpuree met de vongole meebakken. Wordt het wat tomateriger van. Of een fijngehakte prei – ook lekker.

Wat je in ieder geval nóóit doet: geraspte parmezaanse kaas eroverheen mikken. Mensen die dat in Italië hebben geflikt, vonden zichzelf iets later terug, ondersteboven hangend aan een staak op het lokale dorpsplein. Al dan niet vergezeld van een roedel tandeloze oude dametjes in zwarte jurken die rotte tomaten naar ze gooiden.

Waarom? Omdat het niet hoort. In Italië ligt alles op eetgebied extreem gevoelig, en er zijn bloedige oorlogen uitgevochten over schijnbare futiliteiten als ‘moet er een scheutje olie bij het pastawater?’. Dus als iets in Italië qua eten ‘niet hoort’, dan doe je het niet, punt. Dat geldt overigens ook voor élk gebruik van ketchup en het nuttigen van cappuccino ná het eten. Dat je het weet.

Reacties

Meer

Meer van JFK